1861 - 1935 (73 years)
Has 2 ancestors and 2 descendants in this family tree.
1861 - 1935 (73 years)
Birth |
23 Jul 1861 |
Died |
28 Feb 1935 |
's-Gravenhage, Zuid-Holland, Nederland |
|
Father |
Petrus Johannes Idenburg |
Mother |
Rosine Alexandrine Frederike van der Hegge Spies |
|
Family |
Maria Elisabeth Duetz |
Married |
24 Aug 1882 |
Leerdam, Utrecht, Nederland |
Children |
| 1. Rosine Alexandrine Frederique Idenburg |
| 2. NN Idenburg |
|
|
- Yes, date unknown
Died |
Yes, date unknown |
|
Family |
Alexander Willem Frederik Idenburg, b. 23 Jul 1861 |
Married |
24 Aug 1882 |
Leerdam, Utrecht, Nederland |
Children |
| 1. Rosine Alexandrine Frederique Idenburg |
| 2. NN Idenburg |
|
|
- Yes, date unknown
Died |
Yes, date unknown |
|
Family |
Rosine Alexandrine Frederike van der Hegge Spies |
Children |
+ | 1. Alexander Willem Frederik Idenburg, b. 23 Jul 1861 |
|
|
- Yes, date unknown
Died |
Yes, date unknown |
|
Family |
Petrus Johannes Idenburg |
Children |
+ | 1. Alexander Willem Frederik Idenburg, b. 23 Jul 1861 |
|
|
- Yes, date unknown
Died |
Yes, date unknown |
|
Family |
Alexander Willem Frederik Idenburg, b. 23 Jul 1861 |
Married |
24 Aug 1882 |
Leerdam, Utrecht, Nederland |
Children |
| 1. Rosine Alexandrine Frederique Idenburg |
| 2. NN Idenburg |
|
|
- Yes, date unknown
Died |
Yes, date unknown |
|
Father |
Alexander Willem Frederik Idenburg, b. 23 Jul 1861 |
Mother |
Maria Elisabeth Duetz |
Married |
24 Aug 1882 |
Leerdam, Utrecht, Nederland |
|
Family |
Dr. Abraham Arnold Lodewijk Rutgers, b. 24 Jul 1884, Amsterdam, Noord-Holland, Nederland |
Married |
14 Nov 1910 |
Batavia, Djawa-Barat, Indonesia |
|
- Yes, date unknown
Died |
Yes, date unknown |
|
Father |
Alexander Willem Frederik Idenburg, b. 23 Jul 1861 |
Mother |
Maria Elisabeth Duetz |
Married |
24 Aug 1882 |
Leerdam, Utrecht, Nederland |
|
Family |
NN Middelberg |
|
-
Name |
Alexander Willem Frederik Idenburg |
Birth |
23 Jul 1861 |
Gender |
Male |
Prominent People |
1909 |
Gov-Gen |
Death |
28 Feb 1935 |
's-Gravenhage, Zuid-Holland, Nederland |
Person ID |
I411584 |
Geneagraphie |
Last Modified |
21 Feb 2007 |
Family |
Maria Elisabeth Duetz d. Yes, date unknown |
Marriage |
24 Aug 1882 |
Leerdam, Utrecht, Nederland |
- 1 zoon en 2 dochters; 4 jong overleden kinderen
|
Children |
|
Family ID |
F163838 |
Group Sheet | Family Chart |
Last Modified |
6 Jan 2003 |
-
-
-
Notes |
- officier K.N.I.L., vanaf december 1883
hoofd en beheerder geniewerken te Soerabaja (Ned.-Indië), van januari 1885 tot 30 juni 1886
adjudant der genietroepen te Ambawara (Ned.-Indië), van 1 juli 1886 tot januari 1889
beheerder geniewerken te Kotaradja (Atjeh, Ned.-Indië), van januari 1889 tot september 1889
belast met versterking van Edi (Atjeh, Ned.-Indië), van september 1889 tot juni 1892
medewerker hoofdbureau van de genie te Batavia (Ned.-Indië), van juni 1892 tot 1894
adjudant en kabinetschef van de commandant van het K.N.I.L. luitenant-generaal J.A. Vetter, van juli 1896 tot 1901
lid Tweede Kamer der Staten-Generaal voor het kiesdistrict Gouda, van 17 september 1901 tot 25 september 1902
minister van Koloniën, van 25 september 1902 tot 16 augustus 1905
Gouverneur van Suriname, van 18 november 1905 tot 28 februari 1908
minister van Koloniën, van 20 mei 1908 tot 16 augustus 1909
Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië, van 18 december 1909 tot 21 maart 1916
minister van Koloniën, van 9 september 1918 tot 13 november 1919
lid Eerste Kamer der Staten-Generaal voor de provincie Zuid-Holland, van 7 oktober 1920 tot 18 september 1923
minister van Staat, 22 augustus 1923
lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 18 september 1923 tot 19 december 1924; voor Groep IV
lid Raad van State, van 17 februari 1925 tot 28 februari 1935; benoemning bij KB van 17-12-1924 No. 2312
tweede luitenant der genie K.N.I.L. te Ambawara (Ned.-Indië), van december 1882 tot 1883
eerste luitenant der genie K.N.I.L. te Ned.-Indië, van 1883 tot 1892
kapitein der genie K.N.I.L. te Nederlands-Indië, van 1892 tot 1896
lid Centraal Comité A.R.P., 1918
lid Centraal Comité A.R.P., van 1920 tot 1923
voorzitter A.R.P.-commissie inzake verkiesbaarheid van vrouwen, van 1920 tot 1921
tweede voorzitter A.R.P., vanaf 1922
erevoorzitter A.R.P., van 1926 tot 1934
directeur Vrije Universiteit te Amsterdam
lid College van Curatoren Technische Hogeschool te Delft, van 21 maart 1916 tot september 1918
lid College van Curatoren Technische Hogeschool te Delft, van 13 maart 1920 tot 1 mei 1929
lid curatorium Nederlandsch-Indisch Bestuursacademie, vanaf 12 februari 1921
ouderling Gereformeerde gemeente te Batavia
voorzitter commissie inzake de uitbreiding van de vloot, omstreeks 1933
lid Huishoudelijke Commissie (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 1922 tot 1924
lid afdeling Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (Raad van State)
lid afdeling Koloniën (Raad van State)
opleiding(en)
lager onderwijs te Utrecht
h.b.s. te Utrecht
officiersopleiding wapen der genie K.N.I.L. K.M.A. (Koninklijke Militaire Academie) te Breda, van 1877 tot 1882
wetenswaardigheden
Werd in 1897 na herstemming verslagen in 's-Gravenhage II door J.F.W. Conrad (lib.); werd in Schiedam verslagen door O.J.H. van Limburg Stirum (vrije a.r.)
Werd in 1901 na herstemming verslagen in Schiedam door O.J.H. van Limburg Stirum (vrije a.r.)
Was koloniaal woordvoerder van de A.R.P. in de Tweede Kamer
Versloeg in 1902 in het district Gouda Mr. H.Ph. de Kanter (ul)
Bracht in 1903 de Decentralisatiewet (voor Nederlands-Indië) tot stand, die de mogelijkheid voor een zekere autonomie opent in Nederlands-Indië en voor zelfbestuur van gewesten en delen van gewesten. Op grond van deze wet werden gemeenten gevormd en werden voor de vijftien gewesten op Java en Madura gewestelijke raden ingesteld.
Benoemde in 1904 J.B. van Heutsz tot Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië
Bracht in 1903 een wijziging van de Indische Comptabiliteitswet tot stand, waarbij de bepaling over de bijdrage van Nederlands-Indië aan het moederland werd geschrapt. Hiermee wordt het einde van de 'batig slot'-politiek vastgelegd. Tevens krijgt Nederlands-Indië financiële steun in de vorm van een renteloos voorschot van f 30 miljoen (verdeeld over vijf of zes jaren). In de begroting van 1905 werd dit omgezet in een schenking van f 40 miljoen.
Nam in 1919 ontslag als minister vanwege zijn gezondheid
Werd door Kuyper lange tijd beschouwd als zijn opvolger; door zijn gezondheid kon hij die rol niet vervullen
Werd tijdens de kabinetscrisis van 1925/1926 als minister van Staat enkele malen geraadpleegd door de koningin. Adviseerde haar Cort van der Linden of De Geer tot formateur te benoemen.
Was bevriend met Dr. H. Colijn
niet-aanvaarde politieke functies
vice-president Raad van Nederlands-Indië, 1905; koos voor Gouverneurschap van Suriname
kabinetsformateur, 1918; geweigerd i.v.m. gezondheid en onervarenheid op binnenlands bestuur
adressen
Batavia (Ned.-Indië), van 14 oktober 1882 tot augustus 1895
Soerabaja (Ned.-Indië), van 1 februari 1885 tot juni 1892
Batavia (Ned.-Indië), van juni 1892 tot juli 1893
Tandjong Priok (Ned.-Indië), van juli 1893 tot 1894
Nederland, van augustus 1894 tot januari 1896; verlof
Batavia (Ned.-Indië) 00-02-1896/00-03-1901; gezondheidsverlof
's-Gravenhage, Borneostraat 12, van april 1902 tot 1903
's-Gravenhage, Bankastraat, van 1903 tot 1905
Paramaribo (Suriname), van 1905 tot maart 1908
's-Gravenhage, Riouwstraat 172, van 1908 tot 1909
Buitenzorg (Ned.-Indië), van december 1909 tot 1916
's-Gravenhage, Cremerweg 5, omstreeks 1923
onderscheidingen
Grootkruis Orde van Oranje-Nassau
Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw
3 buitenlandse onderscheidingen
Rotterdam, ZH, NL
|
|
|
|